Put a piece of cake aside for me. I have to go.
- Hou een stukje gebak voor me apart, ik moet weg.
Yes, Dima replied, brushing off a piece of half-eaten fish that had gotten stuck to his right sleeve. I'd like to buy that one there.
- Ja, antwoordde Dima, terwijl hij een stukje halfopgegeten vis dat was blijven zitten op zijn rechtermouw wegveegde. Ik wil graag dat daar kopen.